LEEFTIJD EN OGEN
INLEIDING: NORMALE OOGSTRUCTUREN
Om normaal te zien heb je nodig:
- klare media: hoornvlies / lens /glasvocht
- normale ooglengte : 23 mm
- functioneeel netvlies en oogzenuw
VEEL OOGAFWIJKINGEN ZIJN LEEFTSIJD GEBONDEN
VOOR DE GEBOORTE
Erfelijkheid of ziekten kunnen de oorzaak zijn van oogproblemen bij het ongeboren kind. In geval één van de toekomstige ouders een ernstig oogprobleem heeft of blind is, moet genetisch advies worden ingewonnen, nog voor het kind verwekt word. Van bij de verwekking kan de foetus de gevolgen dragen van voor het zicht schadelijke aandoeningen. Twee voor de zwangere vrouw ongevaarlijke ziekten kunnen voor het kind ernstige gevolgen hebben: toxoplasmose en rode hond. Opgelopen door de moeder tijdens de eerste maanden van de zwangerschap, kunnen deze ziekten gevolgen hebben voor het zicht van het kind. Voor toxoplasmose is een bloedtest noodzakelijk om de immuniteit van de moeder na te gaan. De niet – immune vrouw mag alleen goed doorbakken vlees eten en moet het gezelschap vermijden van katten als eventuele overbrengers van deze aandoening. Rode hond kan bij baby’s tot cataract leiden. Gelukkig heeft systematische vaccinatie van meisjes beneden de 10 jaar deze ziekte uit onze streken gebannen.
HET KIND IS GEBOREN
Landen als het onze hebben vandaag een uitstekende medische omkadering. Pasgeboren worden volledig getest en problemen worden dan ook zeer vroeg opgespoord.
Toch zijn er bij de zuigelingen enkele punten die uw aandacht verdienen en ouders ertoe kunnen brengen een oogarts te raadplegen:
- witte pupillen of een witte schijn in de ogen
- abnormaal grote of kleine ogen
- Permanent en duidelijk scheel zien ( een lichte vorm van strabisme is voor de leeftijd van zes maanden doorgaans niet alarmerend).
Kinderen volgen lichtjes, gemiddeld vanaf de leeftijd van 6 weken. Dat kan soms vroeger of later zijn ! Heel spoedig zal het kind zijn omgeving beginnen te verkennen: let er dus wel op dat gevaarlijke en toxische producten buiten bereik liggen. Snoer de baby’s in de auto goed vast in een aangepast stoeltje ( nieuwe regelgeving vanaf 1 september 2006).
DE PEUTER
Tussen de 2 en de 5 jaar kunnen verschillende tekenen u ertoe brengen een oogarts te consulteren: strabisme ( ook al is het niet constant), bijziendheid, abnormale vermoeidheid of hoofdpijn van het kind die op een oogprobleem kan wijzen. Gevaarlijke of toxische producten zijn meer dan ooit oorzaken van ongevallen. Spoel in geval van een ongeluk met toxische producten onmiddellijk en overvloedig de ogen van het kind.
HET KIND VAN 6 TOT 12 JAAR
Op deze leeftijd kunnen latente, niet zichtbare erfelijke ziekten tot uiting komen: dat is zo voor retinitis pigmentosis ( aandoening van het netvlies). Diabetes wat, wat zelden voorkomt bij kinderen, kan op lange termijn oogproblemen veroorzaken. Elementaire voorzorgen zijn zeker ook in deze levensfase van toepassing: voorzichtigheid bij gevaarlijke speeltuigen ( schaar, pijltjes, materiaal van de ‘ kleine scheikundige’), bij toxische producten en bij verplaatsingen met de wagen ( stoeltje, gordel) of met de fiets ( helm).
DE ADOLESCENT
De adolescent kan zich beklagen over recente bijziendheid ( waar hij zich tot dan toe aan aanpaste). Hoewel niet dreigend voor het zicht moet bijziendheid gecorrigeerd worden door een bril of contactlenzen. Het dragen van een helm is verplicht bij verplaatsingen met een fiets of motorfiets, gezien een schedelwonde het vermogen om te zien kan aantasten. Raadpleeg zelfs ingeval van een onschuldig oogletsel ( slag’ door een vuist, bal, tennis – of squashbal, champagnekurk) een oogarts: hij is de enige die een klein letsel aan het netvlies, dat – onbehandeld – een loslating hiervan zou kunnen veroorzaken, kan vaststellen en behandelen.
DE VOLWASSENE
Van 18 tot 40 jaar zijn ongelukken meer dan ooit de oorzaken van gezichtsproblemen. De meeste kunnen vermeden worden.
- Op het werk ( lasatelier, constructiewerkplaats…) is het dragen van een veiligheidsbril verplicht.
- Beschermende brillen en een aandachtige lectuur van voorschriften en gebruiksaanwijzingen zijn aan te raden voor doe – het – zelvers.
- Het verkeer is gevaarlijk… draag de veiligheidsgordel, respecteer de snelheidslimieten, draag een helm indien op twee wielen.
- Een goede verlichting, niet te sterk, niet te zwak, vermijdt oogmoeheid en een zonnebril beschermt tegen verbranding.
DE VOLWASSENE VAN 40 JAAR
Vanaf 40 jaar belaagt u een geniepige vijand, glaucoom. De ziekte wordt gekenmerkt door een te hoge inwendige oogdruk en evolueert zonder dat men er iets van merkt. Als de schade schade duidelijk wordt – een vermindering van het gezichtsveld – is die vaak onomkeerbaar. Onbehandelde glaucoom kan tot blindheid leiden. Vandaar het grote belang van voortijdige opsporing die een doeltreffende behandeling toelaat. Een ander gevaar van deze leeftijd is ouderdomsdiabetes, dat ook ernstige oogletsels kan veroorzaken ( diabetische retinopathie). Vanaf 40 jaar is een tweejaarlijks bezoek aan de oogarts aangeraden.
VANAF 60 JAAR
Vanaf 60 jaar kunnen oogziekten opduiken die verbonden zijn aan het ouder worden. Een jaarlijks bezoek aan de oogarts is aangeraden. Cataract tast de kristallens aan die geleidelijk aan ondoorzichtig wordt . Gelukkig kan cataract probleemloos geopereerd worden, meestal met uitstekende resultaten. Leeftijdsgebonden maculaire degeneratie treft de macula ( centraal gedeelte van het netvlies) en veroorzaakt een geleidelijke verminderding van het zicht. Indien het zicht sterk vermindert, troebel is of vervormd ( rechte lijnen “ gezien” als krom), moet men onmiddellijk een oogarts raadplegen. Hoe vroeger de opsporing, hoe beter de resultaten van de behandeling. Blindheid is immers een ernstige handicap en kan vermeden worden bij een vroegtijdige behandeling (met laser of inspuitingen van medicatie in het oog ) !